Er gebeuren mooie dingen

Een verslag van acht mooie dagen. 

Zaterdag 6 juli 2002  

Half acht in de avond.
Klik klik, effe lachen: Marijke’s eerste foto’s waren het startschot voor een enerverende reis en een heerlijke week. Wat laatste kusjes voor de achterblijvers, een zwaai en een stiekeme slik.

Ondanks de hitte in de bus stortte Monsieur Norbert zich op zware studiekost; veel letters, weinig plaatjes, terwijl Roelie zich verdiepte in een Revu met veel plaatjes en weinig tekst: chacun son goût.

Na klokslag 3 uur de aangekondigde eerste stop. Snel een plas en een bakkie, exact op schema. Dat beloofde een voorspoedige reis te worden. We hoopten (toen nog) om een uur of negen aan te komen.

Terug in de bus werden de lichten gedoofd en nam iedereen een “gemakkelijke”positie in. Ine “R. de Vries” schoot in het duister nog wat compromitterende foto’s. Eventuele chantagegevoeligheid zal pas bij thuiskomst blijken.

Na Orleans “even” van de snelweg. Het zou het begin blijken te zijn van een spookrit door alle negorijen die langs de route te vinden zijn, via alsmaar smallere en bochtiger weggetjes, die soms meer weg hadden van pas geploegd bouwland met een oppervlakkig laagje asfalt. Het bewijs van stuurmanskunst bij het tanken gaf echter weer vertrouwen: vooruit, achteruit, rechts, vooruit, rechts, Stop!!!, rechts, Stop!, Stop!, rechts, enzovoort. Na pakweg 37 rangeerbewegingen stond de neus in de goede richting. Het leek niet verstandig om de vraag van Pien: “Waar heeft die zijn rijbewijs gekregen? Bij een pak waspoeier zeker!” te vertalen in de landstaal.
Maar: de bus en haar potige Jeanne d’Arc bleef rijden. Let wel: bleef en bleef en bleef en bleef rijden. Minuten leken uren. Norbert merkte de overeenkomst op met een opera van Wagner: “Het begint om acht uur. Kijk je twee uur later op je horloge, dan blijkt het al tien over acht te zijn!”

Anneke, steun en toeverlaat op momenten van wanhoop, kwam met de gouden tip richting stuurcabine: laten we terug gaan naar de snelweg. Maar geen raadgevingen of dreigementen bleken afdoende om een deuk te slaan in het pantser van de generalissima achter het stuur. Bescheiden gesputter van haar collega mocht ook niet baten. Wat zij in haar hoofd had, zat niet in haar indrukwekkende derrière. Ze kende maar drie woorden: Pas d’auroroute!

Ten einde raad schermde Marijke zich af van de boze buitenwereld door haar fleece-dekentje als burka te gebruiken, Mieke benam zichzelf het uitzicht op onze streekbuschauffeuse door haar voeten te plaatsen op de hoofdsteun van Anneke’s stoel. Ieder zocht zo zijn of haar eigen verdediging tegen deze Franse dictatuur. Meer en meer leek onze route op een achtbaan. De vermaning: Ne pas gerber (familiair voor: niet kotsen) kwam me steeds minder zinloos over. Zo rond de klok van vijf ben ik “vol vertrouwen” in een hazeslaapje gesukkeld; Norbert bleef onvermoeibaar de wacht houden. Zijn toch al matige fedutie in ons gastland en zijn bewoners had weer een gevoelige tik gekregen. “Veevervoer op ruilverkavelingswegen” was zijn oordeel.

Een stop in de vroege ochtend bij een luxueuze “Bar”, ruim voorzien van één toilet voor de hele batterij sopranen en alten. Ik genoot van de opgeluchte gezichten. Onze vaderlandse NS doet het nog niet zo slecht met haar dienstregeling: met een vertraging van drie uur verscheen Monpazier op de borden: de camping bleek werkelijk te bestaan.

Luxe tenten, mooie bungalows, prima sanitair, een enthousiaste ontvangst door Hein (“Óóóóóh schoonmoeder”), veel groen, verkwikkende rust: vergeten waren alle vermoeidheid, ergernis en ongeduld.

’s Middags volgde een ontspannen generale voor de mis van zondag, waarbij we dankbaar gebruik maakten van vocale versterking in de personen van Hein en Porgy Fransen en Peter van Aarts. Opmerkingen als:
“Genoeg ingezongen, wanneer zingen we nou een liedje”;
“Moet dat met zo’n “n”, bij ons moeder moest dat heel anders” en
“Da Gloria, da’s een lang liedje!” zouden de rest van de week nog lang de conversatie blijven bepalen. Er ontstond even zelfs een intiem contact tussen Ellen en Porgy!

Het avondprogramma met Pizza Minou, Tagliatelle Bolognese en veel vin rouge werd, volledig in de stijl van ons koor, afgesloten met sightseeing op de fiets door Conny (op haar mooie fietsje), Hélène, Ellen en Ine die meenden zonder de routebeschrijving van The Leader hun brits te kunnen vinden: een misvatting natuurlijk! Maar: eind goed, al goed.

Zondag 7 juli 2002   

Half acht, stralend blauw, vrolijk gekwinkelier bij onze buurtjes Nell en Roelie: de ochtend kon niet meer stuk. De heerlijke geur van hagelwit stokbrood en bruine koffie completeerde het beeld van een Franse camping “comme il faut”: aardse gemoedelijkheid met een randje hemel!

Maar Norbert wachtte: streng, compromisloos maar rechtvaardig, dus zwart en wit voegden zich bij het kleurenpakket.

In de parochiekerk bleek de onvermijdelijke muzak de rust van eeuwen en onze repetitie te verstoren. Aan het begin van de dienst introduceerde monsieur le Curé ons als een Belgisch koor. Hindert niet! Kyrië, Gloria en Sanctus: het publiek was muisstil. Tijdens het meditatieve Agnus Dei ademt de kerk nauwelijks meer. Een gouden moment was Gebet: stil, ontroerend. Superbe, zei de kosteres later, bijna in tranen. In het dorp werd dagen later nog over de mis gesproken.

Terug op de camping werd bij Tapperij “Chez Nell et Roelie” belangeloos koffie, worst en peperkoek geserveerd en het middagprogramma uitgestippeld. “Vide grenier” (rommelmarkt) werd al snel aan onze vocabulaire toegevoegd. Piet vond een eenvoudige fietsroute van twintig kilometer om de beentjes wat los te maken. Suzanne, Pien, Riet, Roelie, Nell, Ellen, Gerard (de basisrust van het koor), Tonny en P.P.P. (Piet, Piet en Paul, ook wel Sint en zijn Pieten genoemd) lieten zich die middag met ware doodsverachting van hellingen tot 15 % omlaag vallen, met appelrode wangetjes van plezier en inspanning.

Plotseling een alarmkreet: Piet, mijn band loopt leeg!
Nee hoor, zei Piet.
Piet, mijn band loopt echt leeg!
Nee hoor, zei Piet, gewoon doorrijden.
Even later schuurde, plakte en pompte onze Kastelein al zwetend de achterband van Ellen, daarbij vakkundig geassisteerd door aanwijzingen van Roelie.

Opgelucht stappen we weer op de pedalen, en 500 meter verder: Piet, mijn band loopt leeg! Onze mecanicien onthield zich deze keer wijselijk van ontkennend commentaar, en terecht. Nog voor ik was afgestapt stortten Piet en Gerard zich op mijn vélo en demonteerden de achterband. Mijn roem als man met twee linkerhanden was me blijkbaar al vooruit gesneld.

Klus geklaard, zadel weer onder het achterwerk, en met beduidend meer succes werd de tocht hervat: “pas” na twee kilometer bleek mijn achterband toch weer leeg. Alles went, er gebeuren ook móóie dingen!

We besloten tot een noodoplossing: bijpompen, een idee dat helaas nog een keer of drie herhaald moest worden. Ellen was intussen opgevallen dat er een beduidend verschil in (ave verum) corpus en kilogrammen was tussen mij en haar, en ruilen van fiets gaf wat meer soelaas en extra kilometers.

Hongerklop en watergebrek eisten hun tol, rood waas verscheen voor de ogen van Pien, maar de missie werd volbracht.

Wim en Reinier bleken intussen feestelijk en culinair ingehaald te zijn door hun huisgenoten van Mouly 2. Het verjaardagsfeestje (nogmaals proficiat) van Reinier duurde nog net niet tot de laatste uurtjes, maar was “keigaaf” en “vet”. Wie had gedacht dat het laatste uur behalve met bier en wijn, ook nog gevuld zou worden met diepzinnige gesprekken over relaties, partners, filosofie en religie! Wat hebben we toch een heerlijke diversiteit aan mensen en meningen onder ons!

Maandag 8 juli 2002

Wie had het over een week vakantie? Al om negen uur klonk het mmmmmmmmuuuuuuuu, mmmmmmoooooo, …. en werd de resonans opgezocht in de neusholten. Concentratie tot elf uur, een snelle hap en haasje-repje naar Monpazier voor de tweede repetitie van half twee tot half vier. Daarna was niet alleen onze energie op, ook Moeder Natuur gaf even de regenpijp aan Maarten. Winkelend publiek op het plein werd door de vaste “plekkers” getracteerd op wat Nederlandse meezingers.

Aan een gezellige lange tafel werd ’s avonds een feestelijk diner genuttigd. Verbroedering alom, er werd uiteindelijk zelfs een compromis gesloten over het betalen van de rekening.

Na afloop serveerde het blokfluitensemble ons een fantastisch nagerecht van stilte én virtuositeit. Een afzakkertje (un petit goût, volgens Gerard) rondde een inspannende dag gezellig af.

Dinsdag 9 juli 2002.

De eerste repetitie pas om half twaalf, wat een luxe. Het kleine kerkje begon te wennen , de aanvankelijke problemen met ruimte en akoestiek werden opgelost.

Het weer bleef alleszins acceptabel, en in kleine groepjes werd ’s middags de omgeving te voet of per fiets verkend.

De “generale” van zeven tot half negen diende om nog wat kleine puntjes op de i te zetten. De bekende kreten van Norbert klonken weer:
“Intenser, niet harder. Als het harder moet dan had ik dat wel gevraagd!”
“Jongens, let nou toch even op. Het is gewoon Altijd is Kortjakje ziek.”
“Ik vraag het alleen aan jullie omdat ik weet dat je het kunt. Anders zou ik het niet vragen!”

Een genot was het om naar de mimiek van Riet te kijken: vol concentratie en resonans in alle holten.

De avond bracht, naast een optreden van onder andere Hein in het kleine kerkje, veel stortregen en kou.

Hoewel, een kleinigheidje verdient toch nog vermelding. “Duo Jut en Jul” (de benaming is van henzelf) verzorgde in donker en regen zonder publiek een act voor twee schimmen en een inlegkruisje. Stille getuigen ervan werden de volgende ochtend nog voor de tent van P.P. en P. teruggevonden. Informatie hierover enkel te verkrijgen bij Nell en Roelie (om redenenen van privacy).

Woensdag 10 juli 2002    

We kwamen heerlijk langzaam op gang, en genoten van koffie, een eitje, baguettes (bij ons zoals gewoonlijk gehaald door de zorgzame, stille genieter “lange” Piet, die deze week van de ene verbazing in de andere viel bij al die bourgondische Brabanders met hun rare dialect. ) En we genoten van elkaar. Het moet maar eens gezegd: wat een heerlijk stel! Zo’n bonte verzameling van persoonlijkheden, zonder wanklank nu al vijf dagen bij elkaar in een sfeer van liberté, egalité en fraternité. Ieder mag zichzelf zijn en krijgt daartoe volledig de ruimte. Inderdaad: er gebeuren mooie dingen! En dan heb ik het nog niet over de voorbeeldige discipline van vier uur repetitie per dag!

De generale van half twaalf tot half twee was “beangstigend goed”. Kruisjes op de vloer om de staanplaatsen tot op twee decimalen nauwkeurig te markeren, Norbert waarschuwde voor wat “showdirectie” bij het slotnummer Now is the month of Maying.

Ine “Huf”, naast Marijke deel uitmakend van ons team van fotoreporters, schoot meedogenloos close-ups. Alle angstige blikken en gespannen gelaatsspiertjes werden vastgelegd.

Op het terras wachtten we vol ongeduld op de klok van twee uur, waarop de Snack opende om de behoefte aan “veul en vet” te stillen. Gedwongen, onrustige rust de rest van de middag. Het grote moment naderde.

Tijdens het inzingen van kwart voor negen tot half tien was de spanning voelbaar, en leek het soms verstandiger om de uitvoering nog een paar dagen uit te stellen! Maar deze ongerustheid bleek volkomen onterecht.

Audite nova schalde vol energie en zelfvertrouwen het bomvolle kerkje in en overdonderde het honderdkoppige publiek. Sicut servus hield iedereen in de ban, Bruch was een bede vol overgave en vertrouwen en verstilde groot en klein.

Alle “duizend malen spijt” van Josquin Desprez ontroerden me in een prachtige uitvoering die inderdaad tot op nul afnam. Terugdenkend aan dit Mille regrets voel ik de ontroering weer in me opkomen. Dit was al die maanden van intensieve voorbereiding meer dan waard. Norbert is toch wel een duivelskunstenaar om dit zootje zoiets moois te laten presteren.

De ontlading en het feestje na afloop was gezellig en duurde voor het eerst tot diep in de nacht. We hadden het verdiend. Terecht betrok Tonny iedereen, maar vooral Willie, Piet, Reinier, Wim, Nell, Hein en Anneke in haar speech. Er is veel energie in deze week gestoken, maar er is nog veel meer energie uit gekomen. Er gebeurden mooie dingen!

Een verrassing op het eind van de avond: Norbert vond zijn hotel gesloten, kwam terug en bleef bij ons slapen, iets wat hij eigenlijk al veel eerder had moeten doen.

Donderdag 11 juli 2002

Uitslapen, een ruim ontbijt, inkopen doen voor en voorbereiding van de barbecue. Veel meer is er over deze dag niet te vertellen. Nasudderen van het succes!

Mieke had alles perfect in de hand. Overal zag je bedrijvigheid met sla, salades, vruchten, olie, azijn, kruiden, knoflook. Het resultaat was áf. Een overvloedig gedekte tafel, geurig en kleurrijk, bijna te mooi om op te eten. Vlees en vis, voor ieder iets naar zijn of haar smaak. Mieke genoot zichtbaar van “haar” project. De begroting sloot zelfs met een positief resultaat van 3 euro. (Waar zijn die trouwens gebleven??)

Een kleinere groep van ons sloot daarna de avond af met een tweede concert van de blokfluitgroep, nog mooier dan de eerste keer. Zij misten daardoor helaas de professionele modeshow van Marjan!

Vrijdag 12 juli 2002

Om negen uur even een kleine dip: Wim, Reinier en Norbert pakten hun spullen en namen afscheid. Je merkte dat de groep intussen zo hecht was geworden dat het afscheid echt als een gemis werd gevoeld.

Een flinke groep vertrekt bijna op hetzelfde moment voor een lange dagtocht per bus langs enkele steden en grotten. Hun chauffeuse: …… Je raadt het!

Voor een verslag van deze dag zul je bij hen moeten zijn.

De rest zocht bij een strak blauwe hemel de rust van een lang ontbijt, een mooie wandeling, een boek of gewoon de zon en elkaar.

Samen met Hein en Anneke verwenden we onszelf ’s avonds met een uitgebreid vijfgangendiner in een leuk landelijk restaurant met een kokkin van ver in de zeventig. Een soepje, salade met een paté, eend met gebakken aardappels die stijf stonden van de knoflook, een kaasplankje, dessert en koffie, inclusief een overvloed aan vin rouge: kom daar in Nederland maar eens om voor 18 euro.

We waren nog net op tijd terug voor de slotavond in het kerkje. Dit had ik echt niet willen missen. Vanaf de openingssolo van een vijfjarig sterretje tot aan het slotlied van de musical Annie was het ontroerend mooi en werd elk optreden beloond met een langdurig applaus. Een heerlijk moment van de week.

Toch nog maar even een afzakkertje op het terras en daarna nog een laatste slok in Mouly 1, en moe maar voldaan naar bed.

Zaterdag 13 juli 2002

Tja, inpakken, opruimen, schoonmaken.

De dag werd nog wat gevuld met wat wandelen naar Monpazier, kopen van souvenirs, een terrasje, een dutje in de zon (prima buikademhaling, Jeanne!), een bezoekje bij een zus (Suzanne moest daar soms even wat bijkletsen), kortom lekker uitdrijven.

Een laatste maaltijd op het terras (lasagne bolognese of met zalm, thuis worden het wel weer gewoon aardappelen en bloemkool), een laatste wijntje of een pression, toch wel een beetje triest van binnen. Partir, c’est mourir un peu (Vertrekken is een beetje sterven)

De terugreis verliep heel wat voorspoediger dan de heenreis: veel autoroute, stoelen in de slaapstand en pitten maar (of pogingen daartoe.)

Al na iets meer dan twaalf uur stonden de koffers in Breda op de stoep.

Kussen, kussen, kussen (of was die behoefte er alleen bij mij, nee toch???) en weer naar huis.

We missen elkaar nu al een beetje, maar het is ook heerlijk om weer thuis te zijn.

Tot slot hartstikke bedankt:

  • – Piet, Wim, Reinier, Nell (de reiscommissie vanaf het eerste moment van de voorbereiding) voor de vele uren gestoken in het denk- en planwerk vooraf.
  • – Tonny, voor het “grote overzicht”, Pien voor de centenzorgen
  • – Norbert voor het vele geduld, telkens maar weer, en je speciale humor
  • – Hélène en Conny voor jullie eigen inbreng als oud-leden en positief-kritisch publiek
  • – Hein en Anneke voor het begeleiden op de camping
  • – uiteraard vooral Willie: de lijst met de activiteiten die jij hebt verricht is te lang om op te noemen; ik doe dan ook maar geen poging. Bedankt meid.
  • – en last but not least jullie allemaal. Jullie waren een fantastisch stel warme vrienden, veel meer dan gewoon een koor. Ik ben trots op dit koor.

Paul (oh nee: Pa-oel)